“Alleen directe interactie tussen NGK-ers en GKv-ers stelt ons in staat elkaar echt te kennen en te waarderen”, vindt ds. Henk van der Velde van NGK De Ontmoeting in Voorthuizen/Barneveld. Dit was voor hem de reden om zich aan te sluiten bij een intervisiegroep met zes GKv-predikanten. Samen met NGK-collega Erik Mouissie van Amersfoort-Zuid heeft Van der Velde inmiddels al twee bijeenkomsten bijgewoond.
GKv-predikant Erik Dwarshuis, sloot zich vorig jaar aan bij een intervisiegroep van alleen NGK-predikanten. Hij is predikant in de gemeente GKv-NGK Wapenveld, die sinds 3 januari 2016 een samenwerkingsgemeente is. Dat was voor hem ook de reden om zich bij de achtkoppige groep aan te sluiten. “Ik wilde als GKv-predikant graag mijn collega’s uit de NGK leren kennen.” Wat Dwarshuis betreft sluit het allemaal naadloos aan. “Ik kan niet zeggen dat het een typische NKG-club is, je merkt het gewoon niet.” Hij gaat met veel plezier naar de bijeenkomsten die hij als warm en hartelijk ervaart.
Van der Velde merkt op dat het er op zijn bijeenkomsten wel een beetje anders aan toe gaat dan hij gewend is. “Hier deelt iedereen waar hij op dat moment mee bezig is. Een van die ingebrachte cases diepen we dan uit. Ik was gewend om van te voren een casus toegestuurd te krijgen, die je dan vervolgens voorbereidt en voorziet van commentaar en advies. De hele groep bereidt op deze manier dezelfde casus voor die je tijdens de intervisie bespreekt. Hier brengt iedereen een casus in die hem op dat moment bezig houdt. Dit maakt het wat oppervlakkiger, maar aan de andere kant ook actueler en relevanter. Door het delen van soms een stukje persoonlijke nood, kijk je elkaar meteen in het hart.”
Dat maakt deelname aan zo’n intervisie groep waardevol, vindt Van der Velde. “Ik zou willen dat er meer gelegenheden worden geschapen waarbij NGK- en GKv-predikanten elkaar ontmoeten en waar we van aangezicht tot aangezicht kunnen doorpraten over de uitdagingen van ons ambt en de toekomst van onze kerken.”
Van der Velde heeft de indruk dat er onder zijn collega’s naast steun en enthousiasme ook ‘angst voor en weerstand tegen het herenigingsproces’ bestaat, soms op grond van ‘verouderde beelden’, soms ‘uit vrees voor verlies van de vrijheid en eigenheid van hun gemeente.’ Daarom vindt hij ontmoeting met elkaar belangrijk. “Waarom geen gezamenlijke predikantenconferentie organiseren?”, oppert hij. “Dan zul je merken dat je heel dicht bij elkaar staat. Omdat je met elkaar spreekt rondom een open Bijbel over hoe bijvoorbeeld een bepaalde tekst gestalte krijgt in de dagelijkse praktijk. Daar vind je elkaar!”
Dwarshuis onderstreept ook het belang van elkaar goed leren kennen. In de regio waar hij predikant is zijn al veel initiatieven ontwikkeld die ervoor hebben gezorgd dat mensen naar elkaar toegroeien. “Dan is voor het elkaar beter leren kennen geen forse inspanning nodig,” ervaart hij. In zijn eigen gemeente is het zelfs zo dat men het niet meer wil hebben over wie een NGK-achtergrond heeft en wie een GKv-achtergrond. “Daar gaat het niet meer om. We willen samen gemeente zijn, gericht op de toekomst. Ik ervaar heel sterk dat de verschillen er niet meer zijn,” zegt Dwarshuis.
Desondanks is Dwarshuis zich nog wel bewust van zijn eigen achtergrond. Laatst was hij op een regiovergadering van de NGK. Daar wilden ze een commissie instellen rondom de beroepingsprocedure voor een predikant. “Dat gaat vaak over regels, daar zijn vrijgemaakten goed in,” glimlacht Dwarshuis, “Ik was dus een beetje terughoudend om in die commissie plaats te nemen.” Maar die terughoudendheid was eigenlijk niet nodig, merkte hij al snel. De NGK-ers wilden hem er graag bij hebben. “We kunnen van je ervaring juist goed gebruik maken,” was het argument. Als Dwarshuis nadenkt over het herenigingsproces, dan kan hij op basis van wat hij de afgelopen periode ervaren heeft zeggen: “We zijn goed bezig zo!”